Op de Parijse boulevard de Sébastopol stond wekenlang een Afrikaan bij de bushalte, die zorgvuldig zijn vier balen oud pa¬pier verplaatste en ze steeds opnieuw in zwart plastic verpakte. Hij beweerde dat hij Mosje heette en zei dat hij straks het hele volk van verschoppelingen, bedelaars en hoeren zou verzamelen aan boord van een uit wrakhout opgebouwde ark. Er troonde, zo sprak hij, een Egyptenaar in het Elysée en op alle Egyptenaren zou onverhoedse regen vallen.
Tomas Lieske laat acht Afrikanen op straat in Parijs een stem¬menspel opvoeren rond Mosje, in een nieuwe taal die ons mee¬voert naar een zwevend schip in de Seine.
Daedalea, kortom, is geen gewone bundel met gedichten, maar een fascinerende vertelling in poëzie.